Over mij

Mijn foto
I'm a Dutch weaver, knitter, spinner, lacemaker and love anything that has to do with fiber and yarn. And of course I like to read books, magazines, newspapers.

donderdag 17 september 2009

Östersund

Op de school van Pepijn (middelste kleinzoon) hebben ze 'moet-werkjes' en 'mag-werkjes'. Voor mijn gevoel hebben in mijn bestaan op het ogenblik de 'moet-werkjes de overhand. Maar ik heb besloten, dat ook mijn blog, met daarin een vervolg van ons reisverslag, nu intussen zelf een 'moetwerk' is geworden. Ik zal me beperken tot de textiele wederwaardigheden, maar ook dat is nog veel!

At Pepijn's school (GS2) they know 'must-do-jobs' and 'may-do-jobs'. I have the feeling that the 'must-do-jobs' are dominant in my life nowadays. But I have decided, that my blog, with a continuation of our travel journal has become a 'must-do-job'. I'll just write about the textile things now, but even that is quite a bit!

We kampeerden in Östersund op de meest vreselijke camping van onze reis. Het terrein was zo scheef, dat een touwladder nodig was, om de caravan te verlaten. Toch gelukkig, dat we dat wel deden, want daar was het Jämtlands läns museum.
In het museum veel over textiel, maar het hoogtepunt waren toch wel de Överhogdal weefsels. Het waren smalle weefsels, uit de vikingtijd, dus 1000 jaar oud! Het moeten de oudste decoratieve weefsels zijn die nog bestaan.

We camped in Östersund at the most horrible campsite we had during our journey. The place was so steep, that we needed a tow ladder to get in and out of the caravan. Yet I was happy we did get out, because there was the Jämtlands läns museum.
In the museum much about textiles, but the highlight for me were the Överhogdal weaves. They were narrow woven strips, from the Viking period, so 1000 years old, and thus they are some of the oldest decorative textiles one can still see in our times.


De weefsels waren bijzonder goed bewaard gebleven. Vooral wanneer je hoort, hoe dat 'bewaren' gebeurd was: de weefsels waren gevonden in een schuurtje bij een dorpskerk. Bij de restauratie van de kerk waren ze gevonden in een kist met aanmaakhout. Dat was eruit gehaald, de stof was naar het schuurtje gebracht, op een stukje na, dat de dochter van de koster meenam omdat ze het mooi vond. Ze gebruikte het als poppendekentje. Een ander stuk kwam terecht onder de preekstoeltrap.
De stroken waren voor het grootste deel aan elkaar genaaid en vormden zo een bredere lap. Het garen, waarmee dat gebeurd was, is gedateerd in de 14e eeuw. Koolstofonderzoek heeft uitgewezen dat de rest gemaakt is ergens tussen de jaren 800 en 1100.

The weaves were still beautiful. Especially when one hears how they had been 'kept': the weaves had been found in a shed near a village church. When the church was restored, they were found at the bottom of a kindling box. That was cleaned out, the bundle at the bottom was thrown in the shed, with other rubbish. One piece was a bit loose and the verger's 6-year-old daughter took it home and used it as a blankelt for het dolls. Another piece had fallen under the pulpitstairs.
The strips had been sewn together and so made a wider piece of cloth. The yarn used for that has been dated from the 14th century. Carbon 14 dating tests have shown, that the weaves were produced between 800 and 1100 AD.

De afbeeldingen vormen een soort stripverhaal. De betekenis ervan is niet duidelijk.
Het grondweefsel is geweven van linnen, de patrooninslagen zijn van wol, geverfd met meekrap (rood), wouw (geel) en wede (blauw).
De weeftechniek die gebruikt is was hier soumak: de patroondraad ging over 9 scheringdraden, dan terug onder 3. In de volgende patrooninslag ging de patroondraad onder de drie scheringdraden die de eerste keer overgeslagen waren. Tussen de patrooninslagen kwam een inslag in linnenbinding met linnen. Zo ontstond een heel stevig weefsel.
The pictures form a story, but it is not clear, what the exact meaning is.
The groundweave used is woven in linen, the pattern is wool, dyed with madder (red), woad (blue) and weld (yellow).
The technique used is soumak here: the pattern thread goes over 9 warp ends and goes back under three. In the next pattern shot the thread would go under the three ends that weren't used in shot 1. Between the patternshots a linen shot was woven in linen. In that way a very strong weave was made.


Er werd ook een dubbelweefsel getoond, waarschijnlijk uit dezelfde periode, maar de informatie hierover was geringer.

There was also a double weave on show, probably from the same period, but there was less info on that.

Nu nog enkele andere foto's uit het museum.

Now a few more pictures from the museum. Spintollen en een weefraam

Spindles and a weaving frame

Spinnewielen en wat materiaal, met alweer een spintol. Aan de muur een schapenschaar.
Spinning wheels and some material, with another spindle. Sheers to sheer the sheep on the wall.

Materialen die gebruikt werden: wol, linnen, hennep
Materials that were used: wool, linen, hemp
en (paarden?)haar om de sokken te versterken
and (horse?)hair to make the socks stronger
Hoeden en tassen

Hats and bags
Weeframen...
Weaving frames...

...om de linten aan de schorten te weven
... to weave the ribbons on the aprons


En tenslotte nog een foto van het wandkleed in de plaatselijke kerk.
And finally a picture of the wall hanging in the local church.

zaterdag 5 september 2009

Dat doe je toch niet (meer)!

Vorige week zaterdag zat ik in de trein. Achter me waren twee dames met elkaar in gesprek op een zo luide toon, dat je wel moest meeluisteren. Toen hoorde ik dit:
'Mijn dochter wil sokken breien. Dat doe je toch niet meer?'
Een lange (zeker een halve minuut) stilte, veelbetekenend. Gevolgd door een vernietigend:
'Mijn moeder breide sokken!'

Last Saturday I was travelling by train. Behind me two ladies were having a conversation, so loud that I had to hear what they said What I heard was:
'My daughter wants to knit socks. You don't do that nowadays, do you?'
A long silence followed (at least half a minute), meaningful. Followed by the final shot:
'My mother knit socks!'


Op Ravelry, internetsite waar breiers, hakers en textielliefhebbers in het algemeen, elkaar ontmoeten, startte deze week het derde seizoen van de groep SKA (Sock Knitters Anonimous). Deze groep breit iedere maand een paar sokken waarvoor een aantal opdrachten wordt gegeven, waaraan iedereen zich moet houden. Dat kan zijn een ontwerper, een bepaalde techniek, enz. In de oneven maanden is er ook altijd een Mysterysock: het patroon wordt in vier delen gesplitst en in vier opeenvolgende weken gepubliceerd. Je weet dus niet, hoe de sokken eruit gaan zien. Deze sokken bevatten meestal een of meer moeilijkheden, technieken enz, en ze worden ontworpen door bekende ontwerpers. Dit jaar is de lijst van ontwerpers indrukwekkend en ik kon de verleiding dan ook niet weerstaan om (weer) mee te doen. Met mij deden meer dan 8000 (!) leden van de groep dat. Niet te geloven. Zoiets doe je toch niet meer? Ik zou kunnen toevoegen: 'Mijn grootmoeder breide sokken!'

On Ravelry, internetcommunity for knitters, crocheters and in general textile lovers, this week was the start of the third season for the group Sock Knitters Anonimous (SKA) Every month this group knits one or more pairs of socks together and for that they get a few assignments: you have to use a special technique, a pattern of a certain designer, etc. In the odd months there is always a Mysterysock: the pattern is split up in four parts and published in four successive weeks. These socks always have one or more challenging difficulties, techniques etc. and they are designed by well known designers. This year the list of designers is impressive and so I couldn't resist the temptation to take part (again) With me over 8000 (!) members of the group did the same. Hard to be believed. You don't do that nowadays, do you? I could add: 'My grandmother knit socks!'

De techniek van deze maand is eigenlijk geen techniek maar een kleur: geel. Inderdaad: het moet altijd iets uitdagends zijn! Ontwerpster is Nancy Bush. Hier is het begin van mijn mysterieuze sokken:

The technique of this month is actually not really a technique but a colour: yellow. Yes, indeed, it has to be something challenging! Designer is Nancy Bush. Here the start (first clue) of my mysterious sock of September:

Omdat het breien van deze eerste aanwijzing nogal snel ging, begon ik in een vlaag van opzetteritis aan een tweede paar, want in spetember mogen ook sokken gebreid worden van ontwerpster Wendy Johnson. Ik koos voor haar Catnip sokken.

Because knitting the first clue was quite fast, I started a second pair of socks, having a bad attack of cast-onitis (or whatever name you might give this). In September the designer of the month is Wendy Johnson and I chose her Catnip socks.
Voor beide sokken gebruikte ik Trekking Pro Natura garen, van 75% scheerwol en 25% bamboe.

For both socks I used Trekking Pro Natura yarn, 75% pure wool and 25% bamboo.