Over mij

Mijn foto
I'm a Dutch weaver, knitter, spinner, lacemaker and love anything that has to do with fiber and yarn. And of course I like to read books, magazines, newspapers.

dinsdag 22 februari 2011

...en nu over spinnen. Spinnen? Spinnen.

... and now about spinning. Spinning? Spiders?


In het Nederlands wordt je vaak niet begrepen, als je zegt dat je van spinnen houdt. Die enge beestjes, die webben maken op plaatsen waar je slecht bij kunt, of die je net hebt schoongemaakt?
Die je aan het schrikken maken, wanneer ze plotseling ergens uit of onder vandaan komen - zo was ik erg opgetogen over die dikke zwarte spin, met harige poten, die onder mijn hoofdkussen vandaan kwam, net toen ik dacht in slaap te vallen.
Die gezellig in de hoek van elk raam verschijnen en naar binnen gluren. Maar tegelijkertijd wel allerlei vliegend gespuis vangen.

In Dutch 'spinnen' means also spiders, so people don't understand when you say you like 'spinnen'. Those creepy little beasts, that make webs in places you can't reach or the spots you have just cleaned?
That frighten you by suddenly popping up from somewhere - I was thrilled one night by a thick black spider, with hairy legs, that came walking from under my pillow, just when I intended to fall asleep.
That make webs in each corner of each window and look inside. But at the same time they catch all kind of flying intruders.


Dat soort spinnen bedoel ik dus niet, hoewel ze zo nu en dan wel in het kantkloswerk voorkomen. Dan kan ik ze wel waarderen.

I don't mean that kind of 'spinnen', although they tend to appear now and then in bobbin lace. I can appreciate them there.


Dan klaren de gezichten op: o, je bedoelt spinnen! Op een fiets in de sportschool!
Helaas - ook dat niet.

Then the penny seems to drop: Oh, you mean spinning! Working out on a bicycle!
I'm sorry: neither that.


En dan eindelijk zijn we bij het spinnen dat ik bedoel: het veranderen van vezels in draden, in garen.

Finally we reached the 'spinning' I'm talking about: changing fiber into thread, yarn.


Je kunt er mee weven, met dat garen. Hier liggen de blauwe spoeltjes met merinowol klaar om in een weefsel te gebruiken. Nog steeds hetzelfde weefsel dat al heel lang onderweg is. Zodra ik achter het weefgetouw ging zitten, vloog mijn bloeddruk omhoog. Ik heb dus maar even gewacht. Vandaag heb ik weer een heel stuk geweven. Heerlijk. Geen problemen.
De schering is van het zwarte garen rechts op de foto, de spoeltjes dienen als linnenbinding tussen de blauwe keperinslagen. Het resultaat bevalt me. Zonder de linnenbinding gleed de merinoinslag te dicht naar elkaar toe. Het weefsel werd veel te stijf. Nu is het een mooi licht weefsel.

With that yarn one can weave. Here the bobbins with handspun blue merino are waiting to be used for weaving. It's still the same project I started ages ago. As soon as I sat at the loom my bloodpressure went up sky high. So I left it for a while. Today I wove quite a long piece. Great. No problem. 
The warp is made of the black yarn, same as on the bobbins on the right. The bobbins I use to weave tabby between the twill weft of the blue yarn. I like the result. The merino slipped together on the slippery warp and that didn't look nice and resulted in too stiff a cloth. Now it's a nice, light and airy cloth.
Jaren geleden kocht ik een lontwol, met daarin witte, grijze en zwarte wol. Maar hoe spin je dat, zodat er een mooi garen ontstaat?
Ik heb de lont in gelijke delen verdeeld, en de kleuren gescheiden. Nu spin ik steeds een stuk wit, een stuk grijs en een stuk zwart en herhaal dat de hele tijd. Daarna twijn ik op de Navaho manier. Zo blijven de kleuren mooi bij elkaar. Bovenaan de nog complete lont, daaronder de kleuren gesplitst.

Years ago I bought some roving in white, grey and black. It looked nice but how to spin it and get a pleasant result? I devided the roving in equal pieces and separated the colours. Now I spin a white piece, a grey piece, followed by a black piece and repeat that sequence all the time. Then I Navaho ply, so that the colours stay nicely pure. On top you can see the complete roving, underneath the split colours.
 Hier het resultaat van de proef, die ik maakte.

Here the result of the sample I made.
Deze wol was al even af, maar zat nog op de klos. Ik heb er eindelijk een streng van gemaakt. Het is de met notenboltsters geverfde Clun Forest wol. De streng rechts heb ik al eerder laten zien (geloof ik): het is dezelfde wol, getwijnd met de zijde die ik van Agnes kreeg en die Amanda (van Mandacrafts) geverfd heeft. Nu nog bedenken wat ik ervan ga maken.


I finished spinning this wool a while ago, but it was still on the bobbin. I finally made a skein of it. It's the Clun Forest wool, dyed with walnut husks. The skein on the right I've shown before: it's the same woolo, but now plied with the silk Agnes gave me and which was dyed by Amanda (of Mandacrafts). Now decide what to make of it.



zaterdag 19 februari 2011

Laten we het over kant hebben

Let's talk about lace.

Kant neemt heel wat van mijn tijd in beslag. Als het geen kantbreiwerk is, is het wel het werk aan mijn cursus Vlaanderse kant, op de kantklosschool.

Lace takes up a lot of my time. If it's not knitted lace, it's working on my Flanders lace lessons at the lace making school.


Iemand vroeg, hoe groot kantklosjes eigenlijk zijn. Ze wilde ze zelf (laten) maken. Daarom hier een selectie van de klosjes, die ik gebruik. Onder de klosjes staan de twee gekloste rendieren, die ik in december maakte. Heel leuk om te doen en lekker snel klaar. Dat is op kantgebied meestal een unicum!

Somebody asked me, how big lace bobbins are. She wanted to make them herself or have them made. Therefore here a selection of bobbins I own and use or have used.


Het donkerste klosje wordt tegenwoodig het meest gebruikt. Ik leerde het ooit met de klosjes die toen voorradig waren, het klosje tweede van links. Ze zijn wat aan de grove en ruwe kant, maar ik heb ze zo vaak gebruikt, dat ze redelijk glad geworden zijn. En ik ben gewend geraakt aan het formaat en het gewicht. Dat zijn bij klosjes belangrijke zaken. De lengte is meestal ongeveer 10 cm. De meest rechtse vind ik te klein en te licht.

The darkest bobbin I used most. Years ago I learned to make lace with the bobbins I could buy then, the one that's second left. They're a bit rough, but I have smoothed them by using them so often. And I grew used to their size and weight - important things in bobbins! Length mostly is around 10 cm/4 inches. The one on the right I find too short and too light.


Aan de rechterkant staan twee manieren om klosjes tijdens het werk op te bergen en vast te zetten, als je ermee op pad gaat. Rechts een gehaakt bandje, waar een klosje in ieder gaatje gestoken wordt, links ervan een houtje, met een opening aan een kant, waartussen de klosjes gestoken worden. Gaatjes aan weerskanten, waarin spelden gestoken kunnen worden, maken het mogelijk de hele combinatie op het kussen vast te prikken.

On the right are two means to make it possible to take your bobbins with you during work and fix them on your pillow. On the right a crocheted band. In each hole a bobbin can go. Next to it a stick with an opening on one side, where you can slide a few bobbins. Holes on both sides make you can put pins in and attach the lot to your pillow.
 Dan nu de cursus Vlaanderse kant. Hier de eerste zes gronden. Er zijn er meer dan tachtig! Kleuren geven aan, welke slag waar gemaakt moet worden.

Now to the lessons Flanders Lace. Here the first six grounds. There are more than eighty of them! Colours show, which stitch goes where.
 In die gronden worden allerlei versieringen geklost. Hier het bolletje, het bolletje met een gaatje of oog en het ovaaltje. Ik heb steeds dezelfde grond, een van de gronden van de vorige foto, gebruikt, maar dat kan dus ook varieren.

In those ground different patterns can be made. The have old names: bolletje, bolletje with hole or eye and little oval. I used the same ground (one of those in the former photo) all the time, but I could have used any of them.
 Werk in uitvoering. Zoals gebruikelijk stelt de camera scherp op de speldenkoppen en dus wordt de foto onscherp.

WIP. As usual the camera focuses on the pinheads and the photo is blurred a bit.
Maar hier is het resultaat, op een A4, om de grootte een beetje aan te geven. Het derde patroontje van rechts is een beetje mislukt - verder zijn de verschillen zo bedoeld: er zijn hier vier verschillende patroontjes uitgeprobeerd.

But here is the result, on an A4 page to show the size of it. Something went wrong with the third pattern from the right, for the rest the differences were meant like this. There are four different patterns here.


Tenslotte nog een gebreide kant: de vordering van mijn Metamorphose trui. (toeval: ik was een boek aan het lezen zonder erg nagedacht te hebben over de naam. En jawel: het heette De Metamorfose!)

Finally a photo of my Metamorphosis sweater. (coincidence: I was reading a book without thinking about the title. Suddenly I noticed and indeed: it was called Metamorphosis in Dutch, The Chrysalis in English)
Het werk moet nog opgespannen worden en zal daar vast erg van opknappen. Maar passen die kleuren niet goed bij elkaar? Nog een kleine veertig toeren dan kan ik de mouwen gaan maken.

No doubt blocking will make the sweater look a lot better. But don't these two yarns and colours go well together? A little less than 40 rows to go, then I can start knitting the sleeves.

vrijdag 4 februari 2011

Veranderde plannen

Change of plans


Ik was al een heel stuk gevorderd met mijn Metamorfose project. Al voorbij de armsgaten. Het werd best mooi. De wol leek voldoende te zijn. Toch. Misschien. Misschien ook niet. Ik had nog wel die lila alpaca/zijde, die er zo mooi bij stond. Maar dan moest de pas daarvan gebreid worden en niet het lijf en de mouwen. En kraaltjes hadden daar wel mooi op uitgekomen. Ik had geen kraaltjes. Ik wilde eigenlijk wel graag kraaltjes.
En toen, op onze kantklosschoolochtend was daar Jeanet. Zij had een adres van een kralenwinkeltje in Wormerveer. Ik kon het niet laten en ging er woensdagmiddag naar toe (na woensdagochten op de SnB ochtend in Medemblik de hele ochtend aan mijn trui gebreid te hebben).
Ik kocht kralen.
Ik begon opnieuw.
Nu met de Drops alpaca/zijde.
Het wordt mooi.
De afmetingen kloppen.
Ik brei me een ongeluk, maar ben weer tevreden.
He he....

My Metamorphosis project was getting on well and pretty fast too. I'd got past the sleeve holes already and did part of the body. It looked good. The yarn seemed to be sufficient. I thought. Perhaps. Perhaps not. I did have that lilac alpaca/silk yarn, that went with the other wool so well. But in that case the yoke had to be knit with that and not the body and the sleeves. Beads would have been nice to go with the uni lilac yarn. I didn't have beads. I would have loved to have beads. 
And then, in our lacemaking class, there was Jeanet. She had an address of a nice litle beadshop in Wormerveer. I couldn't resist and went there last Wednesday afternoon (after knitting all morning the body of my Meta sweater in our Stitch and Bitch knitting cafe)
I bought beads.
I restarted.
Now with the Drops alpaca/silk.
It does look nice.
Gauge is right.
I knit and knit, but finally feel happy with the sweater (or will it be a cardigan after all?)
Decisions, decisions...
En hier is het resultaat na het opspannen.

And here's the result after blocking.